De Aso en een hoop blote billen
Door: Webmaster
Blijf op de hoogte en volg Edwin
06 November 2006 | Japan, Tokio
Het was een erg mooie dag en dus werden we al vroeg in de morgen wakker door de brandende zon. Glenn en ik besloten om het bamboebos wat over mijn oprit groeide weg te kappen en mijn tuin/bos een beetje te onderhouden.
Daarna aten en dronken we wat en gingen we op pad naar Takachiho.
Ik was al eerder bij Takachiho geweest, maar de laatste keer was het daar te druk om te gaan varen. Takachiho is een kloof met water en watervallen in een geweldig mooi natuurgebied.
Ik wilde nog steeds een keer terug om hier te varen.
We huurden dus een bootje en begonnen te roeien. Het was zo’n 25 graden celcius en dus absoluut geen punt om een beetje nat te worden. Echter het bergwater was ijskoud en dus hoopten we allebei dat we niet in het water zouden vallen. Glenn was de eerste helft van onze tocht degene die mocht peddelen. En grappig als Glenn is ging hij meteen recht op de waterval af. Toen ik de peddels mocht overnemen was het dus tijd om hem terug te pakken voor deze actie. Ik stuurde de boot op een andere waterval af en zorgde ervoor dat alleen de kant van Glenn’s stuk van het bootje nat werd.
Nadat we allebei wat nat, maar veilig weer aan wal waren gekomen besloten we een stukje te gaan wandelen door het woud van Takachiho.
Ik moet zeggen dat ik op dit soort momenten de ANWB wel eens mis. De paden zijn hier namelijk niet echt paden te noemen. Maar goed, dat maakt het ook wel weer een stukje avontuurlijker.
Op het moment dat we een brug tegen kwamen die zo bouwvallig was dat we daar echt niet meer overheen konden vonden we dat het tijd was om terug te keren naar de auto.
Met de auto reden we in de richting van Mt. Aso (eveneens erg dicht bij mijn huis).
En even dacht ik dat ik droomde. Ik was namelijk totaal verrast door wat ik toen zag.
Een enorm aantal naakte, rode, blote billen die voor mijn auto de weg overstaken.
Waaah!!! Wilde bavianen!!! Totaal verbaasd, omdat Glenn en ik allebei niet wisten en niet hadden verwacht dat er wilde apen in “mijn achtertuin” of überhaupt in dit gedeelte van Japan zouden leven, stopten we de auto midden op de weg (inderdaad als een echte Japanner) en stapten we uit.
We genoten van de apen die in de bomen en op het platte land aan het spelen waren en waren helaas nog teveel overdonderd om hier foto’s van te maken.
We probeerden vervolgens een zo lang mogelijke omweg naar Mt. Aso te maken, zodat we daar aan zouden komen als de meeste toeristen weer weg waren.
In onze omweg kwamen we ook langs een soort van kinderboerderij. Hier noemen ze dit een knuffelboerderij, omdat je met alle dieren op deze boerderij mag knuffelen. Het is alleen erg bijzonder om dan te zien dat ze op deze knuffelboerderij ook beren hebben rondlopen.
Knuffelen met échte beren? Lijkt me niet heel erg verstandig. Maar wie weet, als ik levensmoe word lijkt het me wel leuk om dat een keer uit te proberen.
Uiteindelijk kwamen we perfect ge-timed aan bij de vulkaan Mt. Aso. Alle toeristen waren al weg en de zonsondergang had net ingezet. Wat is dit fantastisch! Persoonlijk denk ik dat ik hier nog meer van heb genoten dan van de Grand Canyon. Ongelooflijk mooi!
In het bijna onwerkelijke landschap dat doet denken aan een kruising tussen de maan en een set van de “Lord of the Rings” hebben Glenn en ik nog wat rondgelopen en zijn we nog een stuk gaan rennen. Als je hier van een berg naar beneden rent geeft dat het gevoel alsof je aan het vliegen bent.
Na deze bijzondere ervaring en deze geweldige cruise heb ik Glenn weer naar huis gebracht.
Onderweg zijn we nog even gaan eten bij het J-café in Kumamoto, waar we nog even een praatje hebben kunnen maken met onze vriendin Mayo.
Het viel me op dat ik Kumamoto al echt beschouw als mijn “thuis”. En het voelt goed om weer thuis te zijn. Sowieso begin ik mijn draai echt wel goed te vinden hier. Ik ken de omgeving steeds beter en zelfs de sluiproutes lijk ik bijna allemaal te kennen. De taal geeft ook steeds minder problemen, ik heb hier nu een aardige groep vrienden verzameld en ik voel me prima op mijn plek.
Toen ik thuis kwam was het alweer tijd om mijn bed in te duiken.
De komende week wordt denk ik lekker Japans. Ik ga vermoedelijk weer naar een aantal onsen, ik heb mijn vechtsport trainingen, woensdag heb ik weer shakuhachi-les, de gehele week moet ik iedere dag Japans studeren om mijn stof op tijd geleerd te krijgen voor de tentamens die op 8 december plaatsvinden en zaterdag ga ik naar een traditionele bruiloft van een collega van mij.
Genoeg te doen dus, maar wie weet vind ik toch nog weer ergens een gaatje om wat van mijn ervaringen op te schrijven en met jullie te delen.
Daarna aten en dronken we wat en gingen we op pad naar Takachiho.
Ik was al eerder bij Takachiho geweest, maar de laatste keer was het daar te druk om te gaan varen. Takachiho is een kloof met water en watervallen in een geweldig mooi natuurgebied.
Ik wilde nog steeds een keer terug om hier te varen.
We huurden dus een bootje en begonnen te roeien. Het was zo’n 25 graden celcius en dus absoluut geen punt om een beetje nat te worden. Echter het bergwater was ijskoud en dus hoopten we allebei dat we niet in het water zouden vallen. Glenn was de eerste helft van onze tocht degene die mocht peddelen. En grappig als Glenn is ging hij meteen recht op de waterval af. Toen ik de peddels mocht overnemen was het dus tijd om hem terug te pakken voor deze actie. Ik stuurde de boot op een andere waterval af en zorgde ervoor dat alleen de kant van Glenn’s stuk van het bootje nat werd.
Nadat we allebei wat nat, maar veilig weer aan wal waren gekomen besloten we een stukje te gaan wandelen door het woud van Takachiho.
Ik moet zeggen dat ik op dit soort momenten de ANWB wel eens mis. De paden zijn hier namelijk niet echt paden te noemen. Maar goed, dat maakt het ook wel weer een stukje avontuurlijker.
Op het moment dat we een brug tegen kwamen die zo bouwvallig was dat we daar echt niet meer overheen konden vonden we dat het tijd was om terug te keren naar de auto.
Met de auto reden we in de richting van Mt. Aso (eveneens erg dicht bij mijn huis).
En even dacht ik dat ik droomde. Ik was namelijk totaal verrast door wat ik toen zag.
Een enorm aantal naakte, rode, blote billen die voor mijn auto de weg overstaken.
Waaah!!! Wilde bavianen!!! Totaal verbaasd, omdat Glenn en ik allebei niet wisten en niet hadden verwacht dat er wilde apen in “mijn achtertuin” of überhaupt in dit gedeelte van Japan zouden leven, stopten we de auto midden op de weg (inderdaad als een echte Japanner) en stapten we uit.
We genoten van de apen die in de bomen en op het platte land aan het spelen waren en waren helaas nog teveel overdonderd om hier foto’s van te maken.
We probeerden vervolgens een zo lang mogelijke omweg naar Mt. Aso te maken, zodat we daar aan zouden komen als de meeste toeristen weer weg waren.
In onze omweg kwamen we ook langs een soort van kinderboerderij. Hier noemen ze dit een knuffelboerderij, omdat je met alle dieren op deze boerderij mag knuffelen. Het is alleen erg bijzonder om dan te zien dat ze op deze knuffelboerderij ook beren hebben rondlopen.
Knuffelen met échte beren? Lijkt me niet heel erg verstandig. Maar wie weet, als ik levensmoe word lijkt het me wel leuk om dat een keer uit te proberen.
Uiteindelijk kwamen we perfect ge-timed aan bij de vulkaan Mt. Aso. Alle toeristen waren al weg en de zonsondergang had net ingezet. Wat is dit fantastisch! Persoonlijk denk ik dat ik hier nog meer van heb genoten dan van de Grand Canyon. Ongelooflijk mooi!
In het bijna onwerkelijke landschap dat doet denken aan een kruising tussen de maan en een set van de “Lord of the Rings” hebben Glenn en ik nog wat rondgelopen en zijn we nog een stuk gaan rennen. Als je hier van een berg naar beneden rent geeft dat het gevoel alsof je aan het vliegen bent.
Na deze bijzondere ervaring en deze geweldige cruise heb ik Glenn weer naar huis gebracht.
Onderweg zijn we nog even gaan eten bij het J-café in Kumamoto, waar we nog even een praatje hebben kunnen maken met onze vriendin Mayo.
Het viel me op dat ik Kumamoto al echt beschouw als mijn “thuis”. En het voelt goed om weer thuis te zijn. Sowieso begin ik mijn draai echt wel goed te vinden hier. Ik ken de omgeving steeds beter en zelfs de sluiproutes lijk ik bijna allemaal te kennen. De taal geeft ook steeds minder problemen, ik heb hier nu een aardige groep vrienden verzameld en ik voel me prima op mijn plek.
Toen ik thuis kwam was het alweer tijd om mijn bed in te duiken.
De komende week wordt denk ik lekker Japans. Ik ga vermoedelijk weer naar een aantal onsen, ik heb mijn vechtsport trainingen, woensdag heb ik weer shakuhachi-les, de gehele week moet ik iedere dag Japans studeren om mijn stof op tijd geleerd te krijgen voor de tentamens die op 8 december plaatsvinden en zaterdag ga ik naar een traditionele bruiloft van een collega van mij.
Genoeg te doen dus, maar wie weet vind ik toch nog weer ergens een gaatje om wat van mijn ervaringen op te schrijven en met jullie te delen.
-
08 November 2006 - 10:20
Frank:
mooi daaro. Bavianen in Japan? Daaro wonen toch alleen makaken? -
08 November 2006 - 10:40
Edwin:
Euh.. hebben die ook rode billen dan? Zo ja, dan kan het best zijn dat we makaken hebben gezien in plaats van bavianen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley